Geplaatst op 15 september 2015 15:38 door Yvonne Nijhuis
Btw-vrijstelling ook voor alternatieve gezondheidskundige diensten van voldoende kwaliteitsniveau
Op de site van de belastingdienst is in een nieuwsbericht van 2 september 2015 te lezen dat chiropractoren gebruik kunnen maken van de vrijstelling voor btw voor gezondheidskundige diensten. Dit volgt uit een uitspraak van de Hoge Raad. De branchevereniging NCA is inmiddels op de hoogte gesteld van deze beslissing. De Belastingdienst is nog in overleg met enkele andere brancheverenigingen over de gevolgen van deze uitspraak.
Waarvoor geldt de btw-vrijstelling?
De btw-vrijstelling geldt (als hoofdregel) bij het in rekening brengen van gezondheidskundige verzorging door beroepsbeoefenaren die onder de Wet BIG vallen (de zogenaamde artikel 3- en artikel 34-beroepen). Beroepsbeoefenaren die niet onder de Wet BIG vallen, kunnen vanaf 27 maart 2015 (de datum van de uitspraak van de Hoge Raad) evenwel dezelfde btw-vrijstelling gebruiken als zij kwalitatief soortgelijke gezondheidskundige diensten uitvoeren als beoefenaren die wel onder de Wet BIG vallen.
Hoge Raad 27 maart 2015
De Hoge Raad oordeelde, dat de door paranormaal therapeut X verrichte werkzaamheden delen in de btw-vrijstelling. De vrijstelling vereist namelijk niet dat er sprake is van een universitair geschoolde psycholoog. In die zaak had belanghebbende, X, een opleiding op HBO-niveau gevolgd tot ‘Paranormaal Therapeut'. Hij is gespecialiseerd in magnetiseren. Het magnetiseren past hij toe op patiënten met lichamelijke klachten. Met patiënten met psychische klachten voert X gesprekken. De patiënten herbeleven in een soort trance zaken uit het verleden.
Aan de orde is de vraag of de vrijstelling van art. 11 lid 1 onderdeel g ten eerste Wet OB 1968 van toepassing is op de door X verrichte diensten. De rechtbank Breda oordeelde dat de vrijstelling niet van toepassing is. Volgens de rechtbank maakt X namelijk niet aannemelijk dat zijn diensten van gelijkwaardige kwaliteit zijn als diensten van personen met een erkende HBO-opleiding op paramedisch of psychologisch gebied of andere personen met een BIG-registratie.
Het Hof 's-Hertogenbosch oordeelde, dat de gespreksbehandelingen van X, volgens spraakgebruik, zozeer met de werkzaamheden van psychologen overeenkomen, dat sprake is van diensten door psychologen in de zin van art. 11 lid 1 onderdeel g ten eerste Wet OB 1968. In cassatie stelt de staatssecretaris dat het begrip ‘psychologen' moet worden beperkt tot universitair geschoolde psychologen.
De Hoge Raad oordeelt vervolgens dat het begrip ‘psychologen' uit art. 11 Wet OB 1968 niet is beperkt tot universitair geschoolde psychologen. Volgens de Hoge Raad zijn voor het standpunt van de staatssecretaris geen aanwijzingen te vinden in de wettekst of de wetsgeschiedenis. Onder verwijzing naar de jurisprudentie van het Hof van Justitie van de Europese Unie stelt de Hoge Raad vervolgens vast dat de vrijstelling wel is beperkt tot gezondheidskundige verzorging die een voldoende kwaliteitsniveau heeft. Volgens de Hoge Raad houdt dit echter niet in dat, door het ontbreken van eisen met betrekking tot de kwaliteit van een psycholoog in de wetsbepaling, diensten van psychologen ongeacht het kwaliteitsniveau in aanmerking komen voor de vrijstelling. Dat daarvan sprake is, heeft het hof voldoende onderzocht. De Hoge Raad bevestigt de uitspraak van het hof.
Indien u dus alternatieve geneeskundige zorg verleent, doch geen op grond van Wet BIG gereguleerd beroep uitoefent, kunt u desondanks van de btw-vrijstelling gebruikmaken indien uw diensten van voldoende (soortgelijk) kwaliteitsniveau zijn.
Voor vragen kunt u contact opnemen met Yvonne Nijhuis,